Contact
Menu
Actueel

Geen storytelling in troonrede 2015

Voor het eerst sinds drie jaar is geen storytelling toegepast in de troonrede. Hoewel ‘het verhaal’ dit jaar ontbrak, is mijn indruk wel dat het een prima speech is. Natuurlijk treffen we zoals ieder jaar ook nu de nodige open deuren aan, maar toch luistert én leest het lekker weg. Een 8 wat mij betreft, blogt Steffart Buijs.

In de afgelopen jaren begon het staatshoofd met een schokkende gebeurtenis (MH17 in 2014), een persoonlijke noot (de eerste troonrede voor koning Willem-Alexander in 2013) en een historisch verhaal (over Willem II in 2012).

Door storytelling toe te passen trek je je publiek het verhaal in; we onthouden een verhaal beter dan een gortdroge beschouwing met feiten en cijfers. Hoewel ‘het verhaal’ dit jaar ontbrak, is mijn indruk wel dat het taalkundig een verzorgde tekst is. Eigentijds geformuleerd – ‘er is geen aanleiding om achterover te leunen’ –, korte en langere zinnen wisselen elkaar mooi af en – misschien wel het belangrijkste – het leidend taalgebruik is beperkt.

Natuurlijk treffen we zoals ieder jaar ook nu de nodige open deuren aan:

  • Samen met de Caribische delen van het Koninkrijk blijft Nederland werken aan een goede toekomst.
  • Als voorzitter wil Nederland een pragmatische bruggenbouwer zijn.
  • Het uitgangspunt van de regering blijft een Europa dat beter functioneert en zich richt op hoofdzaken.
  • In een instabiele internationale omgeving en een samenleving in verandering dienen zich continu nieuwe vraagstukken aan.

Hoe herken je dergelijke open deuren? Bijvoorbeeld door ze om te keren. Hadden wij verwacht dat we aan een slechte toekomst zouden werken? Wil de regering dan géén bruggenbouwer zijn als voorzitter van de EU in 2016? Zou het logisch zijn als deze regering zich hard maakt voor een slechter functionerend Europa dat zich richt op de bijzaken? En wie denkt er echt dat het Walhalla is aangebroken, zonder nieuwe vraagstukken?

De andere kant is: kunnen we zonder open deuren? Het antwoord is eenvoudigweg ‘nee’. Open deuren gebruik je ook om mensen te bevestigen. Een goed gevoel te geven. Te inspireren misschien, hoewel je er als kabinet dan toch een eigen draai aan moet geven.

Inhoudelijk viel mij dit jaar – naast alle goede berichten over economie en persoonlijke portemonnee – het morele pleidooi op. Het is voor het eerst sinds 2008 dat daar zo’n sterk accent op is gelegd. Hét bewijs dat de economische crisis voorbij is. Met alle mitsen en maren is het toch tijd voor een feestje; dát is het geluid door doorklinkt in de Troonrede 2015.

Dan door naar de bewindslieden. Hun reacties zijn dit jaar netjes in serie opgenomen op video en – naar ik mag aannemen – via alle relevante online kanalen verspreid. Ik bekeek ze via Twitter. De korte, krachtige statements zijn tussen de 20 en 40 seconden lang. Slimme actie natuurlijk. Een goed gevoel krijg ik bij onze minister-president. Hij straalt één en al positiviteit uit. Rutte spreekt met veel overtuigingskracht en je kunt niet anders dan erkennen: dit kabinet heeft een goed verhaal. Maar dat geldt niet voor alle bewindslieden. De ogen van Van Rijn schieten van links naar rechts om de autocue bij te houden. Daar komt nog eens een galm bij dat het effect versterkt alsof hij op een uitvaart spreekt. Zonde. Als regisseur moet je dan zeggen: het spijt me meneer de staatssecretaris, maar dat doen we nog een keer.

Kortom: mijn cijfer voor de troonrede van de koning dit jaar? Een dikke 8. De reacties van bewindslieden? Sterk wisselend van kwaliteit en niet echt één cijfer voor te geven.

Steffart Buijs

Lees wat we verder te vertellen hebben